Chaos I : Beweging en determinisme

Panta Rhei

Volgend hfdst.

« Alles vloeit, alles is beweging. »

Zo begint het eerste hoofdtuk van Chaos : met een van de belangrijkste ideëen van de filosoof Heraclitus van Efeze die leefde op het einde van de zesde eeuw vóór Christus. Alles is voortdurend in ontwikkeling, niets is constant en is steeds in beweging: alles wordt alles, alles is alles. De eerste minuten van de film illustreren dit idee met enkele voorbeelden uit het dagelijks leven, en ook enkele voorbeelden uit de wiskunde.


Kan de wetenschap ons helpen om de toekomst te voorspellen? Dat is al een zeer oude vraag, en is zowat de rode draad doorheen de film. We beginnen echter bescheiden, en vragen ons af of we de loop van een biljartbal kunnen voorspellen. Zelfs met vijftig ballen op de tafel die voortdurend botsen is het niet moeilijk om met met de computer te berekenen waar alle ballen zullen zijn, bijvoorbeeld binnen een uur  :

« Als ik een toestand nu ken, moet ik “in principe” kunnen bepalen wat de toestand binnen enkele ogenblikken zal zijn. »

Het idee van determinisme werd voor de eerste keer geschetst door de baron van Holbach (1723-1789), met deze woorden:

« In een wervel van stof opgezweept door een felle wind; hoe verwarrend het ook in onze ogen mag lijken, in de ergste storm waar winden het water opjagen is er geen enkele korrel stof en geen enkele druppel water die per ongeluk op een bepaalde plaats is, geen enkele die geen goede reden heeft om zich daar te bevinden, en geen enkele die niet doet wat hij moet doen. Een meetkundige die exact de krachten zou kennen veroorzaakt door de winden, en de precieze eigenschappen van de moleculen die in beweging komen, zou kunnen aantonen dat elke molecule zich precies gedraagt zoals het moet, en zich enkel zo kan gedragen. »

 

Het determinisme is een filosofisch begrip dat zegt dat de opeenvolging van gebeurtenissen en verschijnselen veroorzaakt wordt door het principe van causaliteit. Het ene volgt uit het andere, soms via een fysisch-wiskundige wetmatigheid. Het determinisme is dus vooral een wetenschappelijke doctrine, die men niet mag verwarren met het fatalisme. In zijn filosofisch essai over waarschijnlijkheden beschrijft de astronoom en wiskundige Pierre-Simon Laplace (1749-1827) het determinisme in al zijn grandeur :

« We moeten de huidige toestand van het heelal beschouwen als het gevolg van de vorige toestand en als de oorzaak voor wat zal volgen. Een intelligente geest die op één bepaald moment alle natuurkrachten zou kennen, en de respectieve toestand van alles wat bestaat, en die daarenboven immens genoeg zou zijn om al deze gegevens te analyseren, die geest zou in één en dezelfde formule de bewegingen kunnen vatten van zowel de grootste objecten van het universum als de lichtste atomen. Voor die intelligente geest zou niets onzeker zijn en hem zou zowel de toekomst als het verleden duidelijk voor ogen staan. »

Zoals Laplace het benadrukt: we zouden een oneindige intelligentie nodig hebben...en het determinisme toont zijn limieten al als we kijken naar bewegingen van planeten. Waar zal de Aarde precies zijn binnen een miljard jaar? Is er een kans dat ze ons zonnestelsel verlaat? In plaats van ons af te vragen welk weer het zal zijn op een bepaalde plaats op een dag tien jaar in de toekomst, kunnen we beter proberen om gemiddelden te voorspellen, bijvoorbeeld het aantal regendagen binnen een bepaald seizoen voor een bepaalde plaats. Zo bekijken we de zaken op een andere manier, en daarmee eindigt het eerste hoofdstuk van Chaos.

 

Volgend hfdst.